vrijdag 13 november 2015

In de Fabiolazaal: Uitverkoren

In de Fabiolazaal is op dit ogenblik de laatste tentoonstelling te zien in de reeks 'De Modernen'. En het wordt echt wel de allerlaatste: de zaal, die eigendom is van de provincie, wordt verkocht. Geen schilderijen meer in de Fabiolazaal, en dat is zeer jammer, want de tentoonstellingen waren stuk voor stuk meer dan de moeite waard, en ik geloof dat ik ze allemaal gezien heb. Het Museum voor Schone Kunsten van Antwerpen zal een nieuwe stek moeten zoeken om, zolang de restauratie van het grote gebouw duurt, delen van haar grote collectie aan de goegemeente te tonen. Ik mag hopen dat de zoektocht naar een nieuw onderkomen al begonnen is, en vooral dat die niet te lang aansleept.

Deze laatste tentoonstelling heet 'Uitverkoren': een veertigtal mensen, bekende en onbekende Vlamingen, mochten uit de werken van de negentiende en twintigste eeuw hun geliefkoosd stuk kiezen en met enig commentaar tentoonstellen. Bij de veertig gelukkigen lees je namen als Bernard De Wulf, Adriaan Raemdonck, Johan Bonny en Thomas Leysen, maar net zo goed die van gewone, geïnteresseerde bezoekers zoals Paul de Roy, Cil De Vylder en Linde en Lieve Ruwet. Al die mensen hebben een zeer aantrekkelijke verzameling schilderijen en beelden samengebracht: het is een echt zeer geslaagde tentoonstelling geworden, ik was er zeer opgetogen over.

Van James Ensor, van wie het Antwerpse Museum een heel aantal werken bezit, zijn er vier doeken te bewonderen. Thomas Leysen koos voor 'Schilderend geraamte' uit 1896. Ensor heeft wel eens meer macabere maskers en gelijkaardige onderwerpen uitgebeeld, en dat is hier niet anders. Behalve van de kale schedel is van het geraamte niets te zien: een goed uitgedoste burgerman staat voor zijn ezel, kijkt meer naar de toeschouwer dan naar wat hij aan het schilderen is. Helemaal van onderen komt een masker piepen, in de linkerbenedenhoek nog een doodshoofd met een plumeau tussen zijn tanden, boven op de ezel een derde schedel,  rechts boven op een kast een vierde, weer met een plumeau. Je ziet een hoofd met een hoge hoed, en zo eentje ligt omgevallen achter de ezel: de dood is wel zeer nadrukkelijk aanwezig in dit schilderij, en het burgerlijk fatsoen ligt om. Voor de rest hangt heel het atelier vol met schilderijen van Ensor. Het is alsof Ensor het aloude adagium 'Vita brevis, ars longa' heeft willen bewijzen: hij zal wel verdwijnen, maar zijn werken blijven. Ik kan mij daarbij niet van het gevoelen ontdoen dat de schilder een lange neus heeft willen trekken naar het eindige leven, naar dood en sterfelijkheid. Het past wel in het beeld dat ik van de man heb.


James Ensor, Schilderend geraamte, 1896

Een andere opvallende Ensor is 'Val van de opstandige engelen', uit 1889. Als de kleuren erbij pasten, zou je denken dat er een geweldige storm aan de gang is, en in zekere zin is dt ook wel zo. De hemel schijnt in ieder geval in brand te staan. Een leger gewapende en godsgetrouwe engelen sluit links en rechts de verdoende engelen in: ze zijn naakt en weerloos, en reddeloos verloren. In het midden zie je er nog eentje vallen. Geweld wordt hier uitgebeeld, en met wat voor een geweld moet Ensor dit ook geschilderd hebben: de heftigheid spat gewoon van het doek. Een machtig werk is dit, dat ik van tevoren nog niet gezien had. Dat was ook een van de pluspunten van de reeks 'De Modernen': je kon er vaak iets nieuws ouds ontdekken.


James Ensor, Val van de opstandige engelen, 1889

Om in Oostende te blijven: ook Spilliaert hangt er, met 'Meisjes op een duin'. Het werk doet me nog denken aan 'De duizeling' uit 1908, maar het is lang niet zo wanhopig. Maar de meisjes staan ook op een hoogte, kijken hier uit over de zee, staan wel bij elkaar, maar hebben zeker geen oogcontact. Van de rechtse waait het haar wat weg, niet zoals de sjaal in 'De duizeling', maar verwant ermee is het wel. Beiden staan hoog en droog, de verre leegte van de zee wordt gesuggereerd, de nabije kleine afgrond net zo goed, zie ik dan. Met zijn tweeën eenzaam en van de wereld af. Een werk dat optimisme uitstraalt is het voor mij zeker niet: Spilliaert was dan ook niet de vrolijkste Frans denkbaar. Maar indruk maakt hij wel.


Léon Spilliaert, Meisjes op een duin

Voor mij drie hoogtepunt uit 'Uitverkoren', maar er waren er nog. En niet te missen tentoonstelling is het geworden, zeker weten.

Geen opmerkingen: